Op de rand van de beschaving komen nog oudere versies van robots die de cognitieve ruimte controleren voor.

Het zijn stoompunk-parfumeurrobots. Voordat draadloze controlesystemen en gedwongen implantatie bij 99,9% van de wereldbevolking werden ontwikkeld, waren robots met aerosol in zwang. Het waren glanzende bronzen of zilveren robots.

Ronde, ergonomische vormen — op de een of andere manier doen ze denken aan atleten en sportauto’s uit de jaren 1920.

Ze raakten uit gebruik vanwege hun milieuonvriendelijkheid. De verschillende soorten aromastimulatoren die ze als cartridges bij zich droegen waren bedoeld om zowel algemene als gerichte geuren te leveren.

Bij gebruik in een menigte veroorzaakte dat onvoorspelbare reacties. Om de gevolgen te onderdrukken, werden de robots voorzien van fysieke kracht zodat ze uit de hand gelopen objecten konden neutraliseren.

Ze waren directe erfgenamen van gendarmes en politie. De eerste belangrijke stap richting totale controle, niet door brute kracht, maar door het beheer van klieren en secreties van menselijke wezens via geuren en stimulanten.

Maar deze zogenaamd humane aanpak had nog niet geleid tot de meer verfijnde vorm — de controller-robot voor cognitieve ruimte op basis van infraroodstraling en radiogolven.

De parfumeurrobots, zoals ze werden genoemd naar de film “Perfume”, inspireerden hun makers. Degenen zelf die het verleden van producten bestudeerden en Nachos vrijlieten, waren erbij betrokken. Hun ervaring in neuromarketingonderzoek werd door de defensie-industrie gewaardeerd.

De eerste op aerosol gebaseerde controllerrobots werden in gebruik genomen.